Martins Indi geniet in Oranje: “Dit is mijn positie”

In het jonge Nederlands elftal dat woensdagavond tegen Italië oefende (1-1), bleven Bruno Martins Indi en Stefan de Vrij ogenschijnlijk eenvoudig overeind. De twee jonge Feyenoorders vormden samen het solide verdedigingshart van Oranje. Een pikante combinatie, omdat de twee in Rotterdam geen centraal koppel vormen.

Martins Indi nam in de ArenA samen met clubgenoot De Vrij de bewaking van Mario Balotelli voor zijn rekening. De miljoenenaankoop van AC Milan werd succesvol onschadelijk gemaakt. “Hij heeft volgens mij maar twee kansjes gehad. Of ik na afloop zijn shirt heb gevraagd? Nee, ik hou liever m’n eigen shirt”, laat Martins Indi tegenover FCUpdate.nl weten. De in Portugal geboren international voelde zich goed in zijn centrale rol. “Het was even omschakelen. Maar ik deed het graag. In het hart van de verdediging is toch mijn positie.”

De Vrij, die bij Feyenoord met routinier Joris Mathijsen aan zijn zijde speelt, verwacht niet dat trainer Ronald Koeman naar aanleiding van het oefenduel gaat schuiven in de Rotterdamse defensie. “Bruno en ik hebben het weliswaar prima gedaan tegen Italië, maar van een statement is geen sprake. Het was een mooie uitdaging en die zijn we graag aangegaan. Bij Feyenoord ligt de opstelling momenteel vast. Ik speel samen met Joris centraal en Bruno staat linksback. Voor Koeman is er geen reden om dat aan te passen.”

Martins Indi is vooral tevreden dat hij naar eigen zeggen de bevestiging kreeg een hoger niveau aan te kunnen. “Ik heb weer een mooie stap in mijn ontwikkeling gezet, al is het natuurlijk teleurstellend dat we onze voorsprong vlak voor tijd nog hebben weggegeven. Zeker als verdediger wil je graag ‘de nul’ houden. We zijn vergeten om de wedstrijd eerder al in ons voordeel te beslissen. Da’s jammer, want we hadden duidelijk het initiatief. Het is wel een knappe prestatie dat we een ploeg als Italië, met veel slimme spelers, zo lang onder de duim hebben gehouden.”

Volgens De Vrij moest hij met Martins Indi tegen Italië ‘initiatief tonen, steeds aansluiten en het veld heel klein houden’. “Het ging heel aardig, al kregen we het de laatste tien minuten nog moeilijk. Dat kwam deels door de vermoeidheid, maar ook door de Italianen. Ze waren de wedstrijd begonnen met drie spitsen, maar in de tweede helft schakelden ze over naar een 4-4-2 systeem. Je voelde het tegendoelpunt eigenlijk aankomen. Toch hebben we het met een onervaren team uitstekend gedaan tegen een topploeg als Italië.”

Bron: fcupdate.nl