Kuijt: ‘Jonge voetballers  worden teveel verwend’

Geplaatst op 19 januari 2016 in Nieuws

Share this…

Het voetbal op tv liet hij zondagavond links liggen. De 2-0 nederlaag tegen PSV hakte er behoorlijk in bij Dirk Kuyt, dus koos hij ervoor om thuis in Katwijk met familie en vrienden te eten, te drinken en te praten. Als het maar even niet over de wedstrijd ging.

„Ik had geen zin om beelden terug te zien”, aldus de 35-jarige aanvoerder van Feyenoord. ,,De kater was groot, dan is het fijn om mensen om me heen te hebben en het ergens anders over te hebben. Programma’s als Studio Voetbal kijk ik toch al nauwelijks meer. De vorm van kritiek is vandaag de dag behoorlijk heftig. Als voetballer heeft het totaal geen zin meer om daarnaar te luisteren. Het is logisch dat wij als voetballers onder een vergrootglas liggen en bekritiseerd worden. Maar mensen moeten in praatprogramma’s overdrijven en op de man spelen, anders horen ze er niet meer bij. Ze zeggen niet meer: hij heeft slecht gespeeld, maar hij kan er geen reet meer van en hij kan niet eens meer lopen. Het respect is weg, dat vind ik jammer. Het raak mij niet meer, maar mijn omgeving leest en hoort het ook.”
Kuyt neemt de kritiek na de verloren topper tegen PSV op enkele van zijn ploeggenoten die tijdens de zomer aan de selectie werden toegevoegd als voorbeeld. „Niet alle jongens zijn dat gewend. Wat denk je dat het met je doet als je met de grond gelijk wordt maakt en het wordt gebracht alsof je er helemaal niets meer van kunt?”
De ex-speler van Liverpool, Fenerbahçe en het Nederlands elftal hoopt met zijn levenservaring zijn ploeggenoten te harden. In de voetbalwereld heb je nu eenmaal af en toe een schild nodig of juist een knuppel om van je af te slaan. „Wij gingen met het gezin de wijde wereld in en daar moet je het vaak zelf doen. In Nederland belde ik mijn moeder als mijn kind ziek was en ik zelf onderweg was met de club. Maar in het buitenland heb je niet altijd familie of vrienden om je heen. Als je puur op jezelf bent aangewezen, word je rijper als mens.”
Na negen jaar in het buitenland te hebben vertoefd, ziet Kuyt nu dat spelers in Nederland soms te veel worden verwend. „Als ik zie wat er allemaal voor ze wordt geregeld, denk ik wel eens: misschien is het beter om ze zelf dingen te laten ondernemen. Zelf meer verantwoordelijkheid te nemen. Daar word je mentaal sterker van. Als mens en dus ook als voetballer.”
Bij Liverpool, zijn eerste buitenlandse club, merkte Kuyt al snel dat hij daar profijt van had. „In mijn eerste seizoen speelde ik als tweede spits en werd ik topscorer. Ik ging met een heerlijk gevoel op vakantie, maar toen ik terugkwam, was ene Fernando Torres gehaald voor 25 miljoen pond. Het jaar erna werden er wéér twee nieuwe jongens voor mijn positie gehaald. Dan moet je gewoon zorgen dat je de beste bent, het recht van de sterkste. Overleven. Dat heeft mij enorm gevormd. In Nederland hebben spelers het vaak heel moeilijk als ze met een tegenslag te kampen hebben, omdat ze bijvoorbeeld tijdens de jeugdopleiding nooit uit hun comfortzone zijn getrokken. En in het buitenland is er nog veel meer weerstand. Kijk maar naar Clasie en Depay. Wat zij meemaken is doodnormaal. Uiteindelijk komen de sterksten wel weer bovendrijven.”

Nu is het de truc om die boodschap over te brengen op zijn teamgenoten. Maar komt zo’n boodschap wel aan als iemand het zelf nog niet heeft meegemaakt? „Wij vragen al heel veel van die jonge gasten. Ik zat op mijn 23e pas bij FC Utrecht, maar jonkies als Terence Kongolo en Sven van Beek worden nu al geacht om even de verdediging van Feyenoord te leiden. In de jeugd had een nederlaag weinig gevolgen, maar nu verliezen ze van NEC en PSV en staat de wereld op z’n kop. Daar moeten ze mee om leren gaan en daar probeer ik ze bij te helpen.”
Tijdens het gesprek van zo’n drie kwartier klinkt Kuyt meer dan de helft van de tijd als een trainer. Het moet wel heel gek lopen, wil hij na zijn actieve loopbaan geen coach worden. „Voetbal is mijn leven, dus die kans is groot. Het trainersvak trekt mij, maar ik besef ook dat het allemaal niet zo gemakkelijk is. Je kunt het allemaal wel in je kop hebben, maar dan moet je het nog overbrengen op een groep. Ik heb goede hoop dat ik dat kan, maar toch zal ik het eerst moeten ervaren hoe het is om trainer te zijn. Voorlopig steek ik daar nog geen energie in, want zoals ik me nu voel ben ik voorlopig nog wel even speler.”

Bron: metronieuws.nl

  

Share this…