Kramer: ‘Als ik niet scoor ben ik lui en zwak’
Vlak voor hij de spelersbus instapte, sjokte Michiel Kramer naar Bas van Noortwijk. Of de teammanager even wilde waken over de wedstrijdbal en de fles champagne. Het waren zijn trofeeën, na zijn hattrick en de 2-4 winst op Woudestein. De spits van Feyenoord, toch al gezegend met een flinke dosis relativeringsvermogen, leek er niet al te veel waarde aan te hechten.
Het verhaal is bekend. De Eredivisie? Die zou te hoog gegrepen zijn voor de lange spits. Tot hij vorig seizoen zeventien goals maakte voor ADO. In de Kuip werd door de beleidsbepalers aanvankelijk ook lacherig gedaan over de lange Rotterdammer. Kramer? Een leuke spits, maar lang niet goed genoeg voor Feyenoord. Tot de club werkelijk nergens een nieuwe spits kon vinden en Kramer toch op hoop van zegen naar Rotterdam-Zuid werd gehaald. Alsof er een uitgekiend plan aan zijn komst vooraf was gegaan.
Bij Feyenoord veroverde hij snel een basisplaats, een scenario waar ook lang niet iedereen rekening mee had gehouden. Maar nog altijd voelde Kramer het peloton critici in zijn nek hijgen. Om telkens weer een deel van de kritiek met klinkende prestaties onschadelijk te maken. Ja, die Kramer scoorde in het shirt van Feyenoord, maar dan wel alleen in uitwedstrijden. Tot hij verleden week tegen FC Twente ook in De Kuip schitterend raak kopte.
Oké, hij maakte doelpunten. Maar toch nooit meer dan twee doelpunten in een wedstrijd? Zaterdag volgde er een prachtige hattrick. En het feit dat hij wekelijks een laag aantal balcontacten heeft? Dat zou volgens de mensen die niet tot de fanclub behoren veelzeggend zijn.
,,Weet je,” zei Kramer. ,,Als ik niet scoor, dan ben ik lui en zwak. Dan doe ik niks. Ik vind het allemaal prima. Hoeveel balcontacten ik tegen Excelsior had? Geen idee. Dus hoeveel ik de bal heb geraakt, dat vind ik ook niet zo relevant. Maar laten we zeggen minimaal drie keer. Ach joh, zoals ik al zei, ik ben niet zo van die statistieken.”
Bron: Ad.nl