Feyenoord heeft op bezoek bij PSV de eerste nederlaag van het seizoen geleden: 1-0. De ploeg van trainer Giovanni van Bronckhorst hielp de Eindhovenaren snel in het zadel door te slap aan de wedstrijd aan te beginnen en kon de vroeg opgelopen schade vervolgens niet meer repareren. Een rode kaart voor Steven Berghuis en een handvol gemiste kansen deden Feyenoord uiteindelijk de das om.
Van Bronckhorst greep na zijn gewijzigde opstelling van woensdag tegen Manchester City voor de eerste vaderlandse topper terug op het vertrouwde 4-3-3-systeem, met Michiel Kramer als spits. Op de backposities keerden Kevin Diks (tegen City gepasseerd) en Ridgeciano Haps (geblesseerd) terug, terwijl Jens Toornstra weer zijn vertrouwde positie op het middenveld innam.
Vroege tegengoal
Desondanks had Feyenoord het in de beginfase moeilijk tegen een ontketend PSV, dat maar liefst vier aanvallende spelers in het veld had staan, met daarnaast ook nog de regelmatige bijsluitende middenvelder Marco van Ginkel. Dat de eerste de beste Eindhovense aanval na een krappe twee minuten direct raak was – Gastón Pereiro knalde bij de tweede paal binnen na een voorzet vanaf links – versterkte het geloof in een goed resultaat aan de zijde van PSV, dat vorige week nog een mentale tik had gekregen van sc Heerenveen.
Rode kaart Berghuis
Naast de vroege tegengoal maakte ook de rode kaart voor Steven Berghuis het er niet makkelijker op voor Feyenoord. De aanvaller kreeg twee minuten voor rust zijn tweede gele kaart na onnodig vasthouden van Jorrit Hendrix, nadat hij eerder al was bestraft voor fors doorglijden op Luuk de Jong. De aanvaller van PSV moest na die overtreding de strijd staken met een blessure aan zijn ribben.
Meer grip
De aftocht van Berghuis was extra zuur omdat Feyenoord aan het einde van de eerste helft juist meer grip op de wedstrijd had gekregen. Dat resulteerde in een aantal aardige aanvallen, maar het dichtst bij een goal was de ploeg uit een dood spelmoment. Toornstra had de pech dat zijn snoeiharde vrije trap tegen de kruising belandde. Desondanks moest Feyenoord blijven uitkijken voor de snelle Eindhovense uitbraken. Zo knalde Jürgen Locadia kort voor rust tegen de paal, waarna Brad Jones op miraculeuze wijze de rebound uit zijn doel wist te houden.
Beter met tien man
Mede door die misser mocht Feyenoord na rust blijven hopen op de gelijkmaker. Van Bronckhorst koos er in de jacht op een goal voor om Sofyan Amrabat in te brengen in plaats van Michiel Kramer. De tactische zet om juist het middenveld te versterken pakte goed uit, want opvallend genoeg was het tiental van Feyenoord in na rust overduidelijk de bovenliggende partij in een morrend Philips Stadion. Het overwicht resulteerde onder meer in een grote kopkans van Eric Botteghin en een fraai gekruld schot van Jean-Paul Boëtius, maar in beide gevallen had PSV-doelman Jeroen Zoet een wonderbaarlijke redding in huis.
Misser Toornstra
De grootste kans op de gelijkmaker moest toen nog komen en was na zeventig minuten voor Toornstra. Na een fraaie actie van Boëtius kon de middenvelder binnentikken in een leeg doel, maar hij jaagde de bal hard over. Het was de laatste grote mogelijkheid die Feyenoord – waar in de slotfase Bilal Basaçikoglu en Dylan Vente als extra aanvallers binnen de lijnen kwamen – kreeg om met een meer dan verdiend punt de bus naar Rotterdam in te stappen. Nu deed de ploeg dat met lege handen en het besef dat die nederlaag absoluut onnodig was. Desondanks is Feyenoord na vijf speelronden nog altijd koploper van de Eredivisie, met evenveel punten als PSV en AZ maar een beter doelsaldo.
Bron: Feyenoord.nl
You must be logged in to post a comment Login